
Papeweg 36
Open van 11.00 – 16.00 uur

Het theepaviljoen De Horsten is al vele jaren een geliefde plek om tijdens de wandeling over het landgoed De Horsten iets te gebruiken of om er een feestje te geven. De Horsten is met zijn 450 hectare een van de grootste landgoederen van Zuid-Holland. Het gebied bestaat uit drie samengevoegde landgoederen: Raaphorst, waar ooit een middeleeuws kasteel stond, Eikenhorst, een voormalige buitenplaats waar in 1986 een nieuw huis werd gebouwd voor prinses Christina en haar man (later bewoond door Willem-Alexander en Máxima) en Ter Horst, een van oorsprong middeleeuws kasteeltje dat in 1863 werd vervangen door het nog bestaande jachtslot.
De huidige vorm van De Horsten hebben we met name te danken aan prins Frederik der Nederlanden (1797-1881), een jongere zoon van koning Willem I en broer van koning Willem II. Hij kocht in 1838 het buitenhuis De Paauw (het tegenwoordige raadhuis), dat hij in de loop der jaren liet verbouwen en uitbreiden tot een fraai paleis. De aan de overkant van de Rijksstraatweg gelegen landgoederen Raaphorst, Eikenhorst en Ter Horst kocht hij ook aan en hij liet dit gebied omvormen tot één groot park in landschapsstijl. De Duitse tuinarchitect Eduard Petzold ontwierp hier landschappen die de indruk geven van een min of meer spontane natuur. In het ontwerp nam hij enkele lange grachten op, die nog horen bij de tuinaanleg van kasteel Raaphorst uit ca. 1700. Ook enkele kaarsrechte lanen zijn veel ouder dan de negentiende eeuw. Ook de Seringenberg werd al eerder aangelegd, namelijk in 1797 (toen nog zonder seringen).
Prins Frederik nam de eveneens Duitse architect Hermann Wentzel in dienst als bouwmeester. Wentzel verbouwde huize De Paauw ingrijpend en tekende voor een aantal dienstwoningen, bruggen en andere bouwwerken op de landgoederen van de prins. Hij is de geestelijk vader van het jachtslot Ter Horst en ontwierp ook het Schiethuis, het huidige theepaviljoen. Wentzel bouwde in verschillende stijlen. De Paauw is neoclassicistisch, Ter Horst en het Schiethuis zijn ontworpen in de Engelse Tudorstijl (neogotiek).
Het Schiethuis stamt uit ongeveer 1860. Het bakstenen gebouwtje heeft een achthoekige hoofdvorm, gevat in een lagere kruisvormige ombouw. Het wordt gedekt door een rieten tentdak. Let op de windvaan op het dak in de vorm van een fazant. Kenmerkend zijn de uitgesneden houten sierlijsten langs de dakranden. Tegen de oostgevel is een 9,5 meter lange overkapping aangebracht, waar de jagers zich opstelden om schietoefeningen te houden. Zij mikten op het schietdoel aan het eind het aangrenzende grasveld. Met behulp van een smalspoor kon het doel verder weg of dichterbij het Schiethuis gereden worden.
Toen het Schiethuis werd gebouwd, was de jacht belangrijk als sociale bezigheid. Sporten als golf, tennis en voetbal bestonden nog niet. De jacht was (met name voor de heren) een mooie gelegenheid om gezamenlijk in de natuur bezig te zijn en om na afloop een drankje te nuttigen. Ook in de 20ste eeuw speelde het Schiethuis nog een rol tijdens jachtpartijen van het Koninklijk Huis. Prins Bernhard en prins Claus trakteerden hun jachtgezelschap hier geregeld op een borrel of een kom erwtensoep. Verderop op het landgoed was toen nog een fazantenkwekerij, die ervoor zorgde dat er tijdens de drijfjachten genoeg te schieten was.
Tekst: Robert van Lit
Tea Pavilion De Horsten

Papeweg 36
Open from 11 a.m. – 4 p.m.

The De Horsten tea pavilion has been a popular place for many years to use something during a walk on the De Horsten estate or to throw a party. With its 450 hectares, De Horsten is one of the largest estates in South Holland. The area consists of three merged estates: Raaphorst, where a medieval castle once stood, Eikenhorst, a former country estate where a new house was built in 1986 for Princess Christina and her husband (later inhabited by Willem-Alexander and Máxima) and Ter Horst, an originally medieval castle that was replaced in 1863 by the still existing hunting lodge.
We owe the current form of De Horsten mainly to Prince Frederik of the Netherlands (1797-1881), a younger son of King Willem I and brother of King Willem II. In 1838 he bought the country house De Paauw (the current town hall), which he had renovated and expanded over the years into a beautiful palace. He also bought the Raaphorst, Eikenhorst and Ter Horst estates on the other side of Rijksstraatweg and had this area transformed into one large landscape-style park. The German garden architect Eduard Petzold designed landscapes here that give the impression of a more or less spontaneous nature. He included several long canals in the design, which are still part of the garden layout of Raaphorst Castle from around 1700. Some straight avenues are also much older than the nineteenth century. The Seringenberg (Lilacs Mountain) was also built earlier, namely in 1797 (then without lilacs).
Prince Frederik employed the also German architect Hermann Wentzel as master builder. Wentzel radically renovated the De Paauw house and designed a number of official residences, bridges and other structures on the prince’s estates. He is the spiritual father of the Ter Horst hunting lodge and also designed the Schiethuis (Shooting Lodge), the current tea pavilion. Wentzel built in different styles. De Paauw is neoclassical, Ter Horst and the Schiethuis are designed in the English Tudor style (neo-Gothic).
The Schiethuis dates from about 1860. The brick building has an octagonal main shape, set in a lower cruciform casing. It is covered by a thatched tent roof. Note the wind vane on the roof in the shape of a pheasant. Characteristic are the carved wooden mouldings along the eaves. A 9.5-metre-long canopy has been installed against the east facade, where the hunters set up for target practice. They aimed at the shooting target at the end of the adjacent lawn. With the help of a narrow gauge the target could be driven further away or closer to the Shooting House.
When the Schiethuis was built, hunting was an important social activity. Sports such as golf, tennis and football did not exist yet. The hunt was (especially for the gentlemen) a great opportunity to be busy together in nature and to have a drink afterwards. In the 20th century, the Shooting House also played a role during hunting parties of the Royal House. Prince Bernhard and Prince Claus regularly treated their hunting party here to a drink or a bowl of pea soup. Further on the estate there was then a pheasant farm, which ensured that there was plenty to shoot during the drive hunt.
Text: Robert van Lit
